Van Herkingen naar Sabbingeplaat

Van Herkingen naar Sabbingeplaat

Vakantie! Roy opgehaald in Delft en in de regen naar Herkingen. Van het mooie weer van de afgelopen dagen is weinig tot niets meer over. De voorspelling is ook dat het vandaag en morgen nog hard waait en de wind er dan uitloopt. We gaan het meemaken. Eerst de boot maar eens inruimen en zien dat we wegkomen. Dit lukt rond 13.00u, er staat een westelijke wind die 18 tot 20knts blaast.

Vrijwel direct door de sluis, komen daarna een konvooi vissersboten tegen en onderwijl kruisen we met alleen een gereefde genua richting Zeelandbrug. De boot loopt lekker en ondanks stroom tegen maken we een behoorlijke snelheid. Vervelend is wel dat het zeil over bakboord goed staat, maar we het over de stuurboordslag niet kunnen laten stoppen met killen. Ik heb daarmee ook wel zorg over het achterlijk. De sfeer aan boord is goed, we kletsen wat en zo verstrijkt de tijd terwijl de wind weigert in kracht af te nemen.

Tegen 18.00u zijn we bij de Zeelandbrug. Een oproep naar de brugwachter leert dat de volgende draai om 18.40u is. We overleggen wat te doen: kruisen over de Oosterschelde richting de Roompot en dan daar overnachten, we zijn dan zeker 3uur verder. Dan is daarbij ook nog de wetenschap dat we morgen een stevige deining hebben terwijl de verwachting is, dat de wind in kracht behoorlijk gaat afnemen. Of verleggen we de koers naar het Veersemeer en gaan we door het kanaal van Walcheren richting Vlissingen? In de wetenschap van het weer en vooral de te verwachten deining verleggen we de koers naar het Veersemeer.

Iets ruimer dan aandewind langs de plaat in de Oosterschelde, volle genua en de boot loopt ruimt 5knts door het water. Als we de koers nog wat ruimer leggen, dan schiet de SOG naar 8.3knts en de snelheid door het water naar 6.5knts. Wat loopt de boot toch heerlijk! Binnen no-time zijn we bij de sluis en samen met nog twee boten, waarvan een heel grote motorboot de muur als botsrand gebruikt, dalen we ruim een meter om op het niveau van het Veersemeer te komen.

Eenmaal op het meer rollen we nog een keer de genua uit, maar al snel is het weer tegen de wind in, en kruisen op het Veersemeer is niet echt mogelijk, rollen we de genua in en motoren verder. Onderweg nog wel een prachtige sleepboot tegenkomend.

Hoe lang willen we nog doorvaren? Dit meer is voorzien van vele eilandjes waar we beschut kunnen liggen. Tegen half negen besluiten we dat het mooi is geweest en leggen aan op Sabbingeplaat, waar nog twee boten liggen.

Als we na een Thais maal nog zitten te kletsen, komt de schipper van de boot voor ons naar ons toe om te vertellen dat we mogelijk een scheepskat aan boord kunnen krijgen. Goed, dat wachten we wel af. Roy vraagt zich dan hardop af waarom mensen geen beest nemen dat meer bij de omgeving past? Hij wil een goudvis aan boord. Ik suggereer hem om de kom dan wel cardanisch op te hangen omdat de goudvis anders van slag raakt; die is dat schommelen niet gewend.

Nog even het logboek bijwerken en dan bedwaarts.

Log: 526.26Nm (gevaren: 28.26Nm)